| Tweede Kamer, 94e Vergadering, 12 Juni 2012
Tweede Kamer Der Staten-Generaal
June 14, 2012
http://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/verslagen/verslag.jsp?vj=2011-2012&nr=94
Vragen van het lid Gesthuizen aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht "KLOKK schort bestuurlijk overleg met het bestuur van de Stichting Beheer & Toezicht, voorheen Hulp en Recht, op".
Mevrouw Gesthuizen (SP):
Voorzitter. Iedereen vindt het heel erg belangrijk dat de rooms-katholieke kerk, die jarenlang niet heeft ingegrepen terwijl duizenden kinderen werden misbruikt, de slachtoffers recht doet die dit is overkomen. Deze slachtoffers hebben recht op een welgemeend excuus van de kerk, op erkenning, op bestraffing van de daders en natuurlijk ook op compensatie. De kerk maakt er echter een potje van. De Stichting KLOKK, waarin veel slachtoffers zich hebben verenigd, heeft geen vertrouwen meer in Stichting Beheer & Toezicht, de stichting die voor de kerk de slachtoffers moet ontvangen en begeleiden en onder wiens regels de compensatiecommissie voor genoegdoening moet zorgen.
Nu moeten slachtoffers zelf een causaal verband aantonen tussen bijvoorbeeld de verkrachtingen waarvan zij als kind slachtoffer zijn geweest en de destructieve impact die dat later op hun leven heeft gehad. Zelfs als eerdere klachten al gegrond zijn verklaard, moeten mensen opnieuw een aanvraag indienen. Zij moeten dan weer door die molen en weer alle ellende opnieuw herhalen voor de commissie. Als toppunt is het niet duidelijk of zij de juridische bijstand die zij daarbij nodig hebben wel vergoed krijgen. Wat vindt de minister hier nu van? Wil hij, samen met de staatssecretaris van VWS, proberen om deze problemen op te lossen? Is hij bereid om bij mevrouw Peijs na te vragen hoe het kan dat zij een halfjaar nadat zij als bestuursvoorzitter van de Stichting Beheer & Toezicht hier in de Kamer en tegenover de slachtoffers heeft gezegd dat zij zou aanpakken en doorpakken, dat nog steeds niet heeft gedaan en dat slachtoffers nog altijd bungelen? Ik vraag de minister om ervoor te zorgen dat de compensatiecommissie echt de ruimte krijgt om voor slachtoffers te doen wat zij moet doen en dat deze niet door de kerk wordt beperkt in wat zij mag.
Minister Opstelten:
Voorzitter. Ik dank mevrouw Gesthuizen voor de gestelde vragen. Ik wil nadrukkelijk onder de aandacht brengen dat Stichting Beheer & Toezicht handelt op verzoek van de rooms-katholieke kerk en dat de samenwerking tussen de Stichting KLOKK en het bestuur van de Stichting Beheer & Toezicht dus niet behoort tot de verantwoordelijkheid van mij of de staatssecretaris van VWS.
Ik vind het uiteraard, net als mevrouw Gesthuizen, belangrijk dat de aanbevelingen van de commissie-Deetman onverkort worden uitgevoerd. Ten aanzien van het bestuurlijke conflict over de kandidaat kan ik melden dat er over deze kwestie contact is geweest tussen een van mijn medewerkers en de heer Deetman. Er blijkt sprake te zijn van een misverstand. De heer Deetman zet zich ervoor in om dit misverstand op korte termijn op te lossen. Op korte termijn zal ook het bestuurlijk overleg tussen de stichting en KLOKK worden hervat. Gedurende het zomerreces zal het monitorrapport van de commissie-Deetman verschijnen. Daaruit zal de ontwikkeling van de verschillende activiteiten blijken. Ik denk dat ik hiermee een antwoord heb gegeven op de gestelde vragen.
Mevrouw Gesthuizen (SP):
In het geheel niet! Ik heb namelijk vanochtend nog gebeld met de Stichting KLOKK. Het is allesbehalve waar dat er sprake is van een misverstand. Er zijn ontzettend veel dingen mis. Ik wil ze hier best opnoemen. De compensatiecommissie is veel te vaag. Het is onduidelijk wat van mensen die in een van de categorieën 1 tot en met 5 -- categorie 1 staat voor licht seksueel misbruik en categorie 5 staat voor uiteindelijk zelfs verkrachting -- worden ingedeeld, wordt verwacht en wat hun rechten zijn. De compensatiecommissie loopt naar eigen zeggen aan tegen knelpunten, tegen grenzen die door de Stichting Beheer & Toezicht, die valt onder de verantwoordelijkheid van de rooms-katholieke kerk, zijn opgesteld. Bij slachtoffers bestaat echt het vermoeden en de vrees dat de Stichting Beheer & Toezicht, waarvan de minister zegt dat die niet onder zijn verantwoordelijkheid valt, geen enkel benul heeft van wat deze mensen tot op de dag van vandaag nog moeten meemaken. Ik wil niet dat de minister hier wegloopt. Hij heeft hier samen met de staatssecretaris van Volksgezondheid gezegd: wij gaan voor die mensen knokken, wij zullen de luis in de pels zijn. Hij heeft van iedereen in de Kamer bijval gekregen. Hij moet de kerk dwingen om met dit soort praktijken te stoppen en hij moet ervoor zorgen dat deze mensen niet 60 jaar na dato weer slachtoffer worden.
Minister Opstelten:
Ik wil niet zeggen dat ik niets ga doen, maar ik wil wel mijn verantwoordelijkheid aangeven. Ik denk dat dit zuiver is. Mevrouw Gesthuizen zou niet anders willen. De heer Deetman heeft ons verzekerd dat het ging om een misverstand. Als het verder niet goed gaat, zal dat mogelijk blijken uit de monitor. Dat wil ik toch nog een keer aangeven. Ik zit hier geen stommetje te spelen, me alleen beroepend op formaliteiten. Ik ben bereid om te checken wat mevrouw Gesthuizen heeft gezegd en dat vervolgens nog eens bespreken met de heer Deetman en met mevrouw Peijs, de voorzitter van de stichting. Het signaal dat mevrouw Gesthuizen heeft ontvangen, moet ook bij hen luid en duidelijk overkomen.
Mevrouw Gesthuizen (SP):
Dat is in ieder geval heel mooi. Ik ben blij dat de minister dit gaat bespreken met de heer Deetman en mevrouw Peijs. Ik wil graag een verslag van die bespreking ontvangen. We gaan niet zitten wachten tot er weer een monitor overheen is gegaan en we in de Kamer over een aantal maanden weer eens moeten constateren dat het allemaal eigenlijk niet goed loopt. Als dat zo zou zijn, dan reken ik erop dat er in de Kamer een meerderheid is die zal zeggen: als het op deze manier blijft voortmodderen met die kerk, dan gaan we zelf onze tanden erin zetten en gaan we de zaken zelf onderzoeken middels een parlementair onderzoek.
Minister Opstelten:
Ik zeg mevrouw Gesthuizen toe dat ik na mijn gesprekken met de heer Deetman en mevrouw Peijs de uitkomsten daarvan en mijn conclusies aan de Kamer zal melden.
De heer Van Bommel (SP):
Er zijn ook klachten over de compensatiecommissie, die de hoogte van de compensatie bepaalt. Is de minister bereid om in de gesprekken die hij zal voeren, de mogelijkheid mee te nemen dat er ook bezwaar kan worden gemaakt tegen de beslissingen van die compensatiecommissie? Die mogelijkheid bestaat nu namelijk niet en dat leidt tot grote ontevredenheid.
Minister Opstelten:
Dat is al eerder aan de orde geweest. Ook daarin kan ik geen verantwoordelijkheid nemen. Ook ik vind dit echter een belangrijk onderwerp en daarom zal ik dit punt van de heer Van Bommel zeker meenemen.
De voorzitter:
Ik dank de minister voor de beantwoording.
Ik heet de bemanning van de Friesland, gezeten op de publieke tribune, van harte welkom. De Friesland is een van de prachtige nieuwe schepen die wij hebben en die uw voorzitter een klein jaar geleden heeft mogen dopen. Welkom, fijn dat u hier bent.
|